InnoSportLab 's-Hertogenbosch helpt het turnen naar een hoger level

Het TeamNL centrum van BrabantSport werkt al jaren nauw samen met de verschillende InnoSportLabs in onze provincie. Dit keer bezoeken we het lab in ’s-Hertogenbosch waar de turnsport wordt versterkt door de samenwerking tussen wetenschappers, ondernemers, coaches/trainers en natuurlijk de sporters zelf. Maurice Aarts, Labmanager, laat ons in woord en beeld een indrukwekkend kijkje in de keuken nemen. Later sluit Bram Verhofstad aan. De topturner heeft ook baat bij hetgeen hier rondom ‘zijn’ turnhal allemaal wordt gecreëerd.

Het bezoek begint met een indrukwekkende demonstratie. Maurice wijst op een op de vloer liggende stellage. ‘De herenploeg start pas later op dit EK. Wat hier nu ligt, is straks in München opgebouwd. Het is het frame van de ringen waaraan de mannen hun ringenoefening afwerken. Deze is voorzien van krachtsensoren, waarmee we de oefening tot in detail kunnen volgen. Kijk maar, op het scherm zie je nu veranderingen. Het onderzoek is natuurlijk al ruime tijd geleden aangevraagd. Daar is toestemming voor gegeven. Wat we hier onder andere kunnen laten zien, is de tijd die de turner stil in de ringen hangt met gestrekte armen. Deze verplichte twee seconden was vroeger niet door de jury met het blote oog te volgen. Dan kwam het wel eens voor dat er gedacht werd dat een turner te kort stil had gehangen. Pats, een aftrek van 0,3 punt. Wij tonen op het scherm de exacte houdingstijd aan de jury. Hierdoor wordt de sport transparanter. Let wel, een aftrek van 0,3 punt kan op ringen het verschil betekenen tussen de eerste en de zesde plaats!’

Praatje, plaatje en daadje
Maurice schakelt de monitor door naar een presentatie over innovatie binnen het turnen in het algemeen. ‘Kijk, hier begint het met de drie uitgangspunten. Wij werken aan beter, gezonder en plezieriger bewegen. Voor ons is de eerste het meest van belang: beter bewegen is beter presteren. Waar andere landen een enorme hoeveelheid turners kunnen opvoeren moeten wij het doen met tien mannen en tien vrouwen in de top. Die moeten we wel heel houden. Daarom hebben we in overleg met de toestelfabrikant Janssen-Fritsen ook de ‘soft touch balk’ ontwikkeld. Iets minder hard, maar nog wel goed genoeg om met je tenen de balans te kunnen houden. Minder hard is minder impact en blessures. In China kunnen ze onbeperkt mensen belasten tot een topper is ontstaan. De rest wordt min of meer afgedankt. We maken onze sporters beter door data en beelden te verzamelen. Al in 2009 kwam bondscoach Bram van Bokhoven ons vragen of we geen beter systeem konden maken om video-feedback te verzamelen. In die tijd liep hij rond met een handcamera gemonteerd op een bezemsteel. Wij hebben daarna een robuust geïntegreerd videosysteem aan laten leggen. Overal zijn nu camera’s en daarvoor is 4,5 kilometer netwerkkabel neergelegd. Via touchscreens kon je de verrichtingen terugkijken. Dan komt ook de rol van de sporter zelf goed naar voren. De knopjes waren te klein voor een turner die na een oefening met trillende armen dit moest bedienen. Dat is allemaal aangepast. ’ Maurice is tevens docent op de Fontys Sporthogeschool en dat merk je. Niet alleen zijn verhaal, verluchtigd met beelden wordt gebruikt, ook zit je zelf ineens met gesloten ogen en gestrekte armen mee te doen. Dit ‘daadje’ is om te ervaren wat het verschil is tussen wat je echt doet of wat je denkt dat je doet. ‘Onder vermoeidheid zie je dit het best. Wij vroegen turners na inspanning om zes seconden een houding in de ringen aan te nemen, dat bleek bij meting nog geen twee seconden.’

Kwantificeren van trainingsbelasting
‘Om veel exacter te weten te komen wat de sporter doet gedurende zijn of haar 25-30 uur turntraining per week, zijn we met een driejarig project rond trainingsbelasting bezig. We zijn halverwege. Binnen de voetbalwereld was dit al eerder geïntroduceerd. Daar hebben de spelers een hesje aan met een sensor tussen de schouders. Wij hebben dit nu ook en kunnen de training transparanter maken en daarmee blessures voorkomen. Je kunt heel goed terugkijken wie waar in de turnhal actief is door een lokaal positioneringssysteem. Wij zijn in tegenstelling tot voetbal geen tactische sport. Bij ons draait het om fysiek. Samen met BrabantSport hebben we nu een dashboardoptie voor de trainers ontwikkeld waar je alle zaken kunt zien. Ook de krachten die vrijkomen bij de verschillende fasen in een oefening. Maurice toont een filmpje waarin het verschil in G-krachten direct in beeld komt bij een oefening op de Pegasus (een turntoestel). ‘Dit is een succesvolle innovatie. Innovaties zijn de manier om beter te worden en om je te onderscheiden. Vergelijk een wielrenfiets van vijftig jaar terug met die van nu. Het moet wel binnen de regels. Denk maar terug aan die plastic zwempakken met veel drijfvermogen of de teveel verende hardloopschoenen. Wij maken Brabant sterker door zaken op te pakken die nog niet gedaan zijn. Innoveren is proberen. Van de tien zaken gaan er zeven of acht niet door. Wij gaan met de rest door tot we het ei van Columbus te pakken hebben! Brabant is voor mij de meest innovatieve (sport)provincie van Nederland.’

‘Gedoe’
We vragen Maurice of het actuele vraagstuk rond een veilige topsportomgeving binnen de turnwereld effect heeft op het werk van het Innosportlab. ‘Wij zijn gewoon doorgegaan. Op organisatorisch vlak is er wel veel gebeurd. Trainers weg en weer terug, bestuurswisselingen waaronder de komst van Jeroen van Leeuwen als technisch directeur. Omdat wij hier vooral het mannen turnen bedienen, viel het voor ons mee.’ Op dat moment komt Bram Verhofstad (27) er bij zitten. Hard getraind zoals je kunt zien aan de indrukken van de leertjes op zijn onderarmen. ‘Klopt, ik heb aan de rekstok gewerkt, vloer blijft echter mijn belangrijkste onderdeel. Op dit moment sport ik veel in Duitsland in de Bundesliga. Na deze competitie zou ik via WorldCups de weg naar Parijs 2024 kunnen volgen. Maar het is geen must. Ik ben mijn A-status kwijt, turnen is weer hobby geworden en er zijn heel veel leuke andere dingen in het leven.’ Wat is zijn mening over innovaties in de sport en in de turnwereld in het bijzonder? ‘Voor mij mag het steeds gekker worden. Stilstand is niet goed. Het is mooi dat we vanuit onszelf zaken kunnen aanreiken die gebruikt worden. Het is enorm belangrijk dat er veel informatie verzameld wordt. Info die ook nuttige inzichten oplevert voor anderen, bijvoorbeeld de medische staf. Vooral impactmetingen vind ik heel belangrijk. Ik wil dat mijn coach en fysio goed zicht hebben op de impact van oefeningen, waardoor ze deze kunnen aanpassen bij pijntjes of blessures. We zouden nog wel wat meer met voeding mogen gaan doen. Wie weet is er straks een apparaatje in je keel dat aangeeft wat je precies naar binnen krijgt bij het eten. Of dat je een foto van je bord met eten maakt en direct ziet wat er aan koolhydraten en dergelijke op ligt. Het mooiste zou zijn dat je alles wat je kunt monitoren over jezelf overzichtelijk kunt terugvinden. Denk aan een videogame waar je bij het aanklikken van een speler alle ‘stats’ in een keer ziet.’